Duivels dilemma

Soefganijot (met jam gevulde berliner bollen) en latkes (aardappelkoekjes) zijn twee buitengewoon verleidelijke heerlijkheden die totaal niet passen in onze low-carb eetregel. Lastig dus dat beide onlosmakelijk verbonden zijn met Chanoeka, het Joodse lichtfeest dat dinsdagavond 16 december begint.
Toch zal ik er echt aan moeten geloven: maandag 15 december, daags voor Chanoeka, zit ik weer bij Schepper & Co, en
 de presentator wil niet alleen hóren waarom op dit Joodse feest van alles gegeten wordt dat in olie gebakken is, maar er ook van proeven. Een duivels dilemma, kortom, want wat zal ik kiezen? Of zal ik het mezelf gemakkelijk maken en het ene doen en het andere niet laten? Ik ben er nog niet uit.

Eerst maar eens het verhaal van Chanoeka, dan komt de rest later wel.

Chanoeka is een van de kleinere Joodse feestdagen, en belangrijker: de basis zijn de historische gebeurtenissen, zo’n 2000 jaar geleden in Judea, het oude Israël, die de geschiedenis zijn ingegaan als de Maccabeeënopstand. In de tweede eeuw voor de gangbare jaartelling waren de Grieken de baas in Jerusalem en onderdrukten de Joodse bevolking van de stad waar ze maar konden. De Grieks-Syrische koning Antiochus IV Epiphanes - hij regeerde in Judea van 175 BC tot zijn dood in 164 BC - liet een beeld van Zeus in de Tempel plaatsen, verbood Sjabbat, besnijdenis en Torastudie en liet zelfs een varken slachten in de Tempel, die daardoor ontwijd werd en niet meer voor de Joodse eredienst gebruikt kon worden. Ondertussen verzetten steeds meer Joden zich tegen deze vernederingen, tot de maat vol was en een groep opstandelingen, onder leiding van Jehoeda, zoon van de strijdbare Hasmoneeër Mattisjahoe, besloot om, vanuit hun schuilplaats in de heuvels buiten de stad, terug te slaan. 

Na een bloedige strijd slaagden Jehoeda, inmiddels ‘ha-makabi’ (de hamer) bijgenaamd, en zijn mannen erin Jerusalem op de Grieken te heroveren. Maar in de Tempel troffen ze eeen ravage aan. Toen de rommel was opgeruimd en de menora, de grote kandelaar, weer rechtop stond, was het de taak van de Koheen gadol (de hogepriester) om de Tempel te herinwijden door de Menora aan te steken, maar daarvoor was lang niet voldoende olie (olijfolie van de allerzuiverste soort, wij zouden zeggen ‘extra vergine’) voorhanden. Maar oh wonder: de oliekruik was 8 dagen lang telkens weer vol, en dat was memorabel genoeg om er een feestdag van te maken. Daarom vieren Joden dus op de 25e van de maand Kislev het feest van Chanoeka, om de herinwijding te gedenken.

Chanoeka en kerstmis vallen altijd in dezelfde periode, en de datumovereenkomst tussen de 25e Kislev en 25 december lijkt ook niet geheel toevallig. In de eerste eeuwen van de gebruikelijke jaartelling was kostte het niet veel overredingskracht om de Joodse betekenis geleidelijk te vervangen door de christelijke. Met name in Amerika zie je de Chanoekia gebroederlijk naast de kerstboom staan - twee tradities die elkaar, mits los van geloven gezien, niet bijten. Hoewel… Kyle uit South Park heeft het er best moeilijk mee, getuige het liedje It’s hard to be a Jew on Christmas...

En omdat Joodse tradities vrijwel allemaal gepaard gaan met lekker eten (‘zeg me wat je eet, en ik zal zeggen wie je bent’) worden met Chanoeka Joodse oliebollen en/of Joodse Rösti gegeten. 

  • 6 flinke, vastkokende aardappels, ca. 750 g, geschild
  • 1 middelgrote ui, heel fijn gesnipperd
  • 2 el gesnipperde peterselie
  • zout en peper
  • olie om in te bakken


  1. Rasp de aardappels, spoel  ze af onder de koude kraan en laat ze uitlekken
  2. Doe de aardappelsnippers in een schone theedoek en wring zoveel mogelijk vocht eruit
  3. Klop de eieren los in een kom, doe de aardappelsnippers, ui en peterselie erbij
  4. Breng op smaak met zout en versgemalen peper
  5. Verhit een laagje olie in de koekenpan
  6. Leg per latke een flinke eetlepel van het aardappelmengsel in de olie, maak ze iets platter met de achterkant van de lepel
  7. Keer de latkes als ze goudbruin zijn, bak ook de andere kant mooi bruin
  8. Laat de latkes even uitlekken op keukenpapier
  9. Eet de latkes zolang ze heet en krokant zijn, en geef er appelmoes bij


Dit traditionele recept kent inmiddels talloze variaties. Ik maakte ook wel eens ‘postmoderne latkes’, met veschillende wortelgroentes!